Deze aan het lezen ter inspiratie voor ons familieverhaal. Na Sonny Boy voor de 2e keer gelezen te hebben, werkt die stijl van Annejet van der Zijl wel verslavend. Ze combineert bijna nonchalant feitelijk materiaal met een vlotte en toegankelijke stijl en ook nog met een bepaalde spanning dat je blijft doorlezen.
Het leuke van Anna is bovendien dat ik – naast dat ik zelf altijd een groot fan van Jip en Janneke was – nu veel verhalen aan m’n kids lees van Annie. Dit boek geeft zo’n interessante inkijk in het leven van de grote schrijfster. Ik dacht namelijk vanuit Jip en Janneke altijd dat ze een heel gelukkige jeugd had, met warme ouders en veel snoep, maar niets blijkt minder waar. Pas toen ik Floddertje en Otje voorlas, begon ik me af te vragen waarom ze een soort fascinatie had met vieze, rommelige en stoute kindjes. Waarschijnlijk omdat alles in haar leven juist netjes en keurig was of hoorde te zijn. Haar fictie was blijkbaar een manier om uit de realiteit te vluchten. Of was het juist een leven dat ze andere kinderen toewenste? Daar ga ik waarschijnlijk achter komen als ik het boek uit heb (niet verklappen!)